Ieder land en eiland heeft zo z’n eigen bekende bezienswaardigheden. Het eiland Rhodos is vooral bekend vanwege zijn oude ridderstad en de vlindervallei waar iedere toerist wel even een kijkje gaat nemen.
Als je zomaar wat rondritjes maakt kom je ook onbekende en soms merkwaardige bezienswaardigheden tegen die wel een toeristisch bordje hebben gekregen maar niet in de reisboeken vermeld staan.
Een drietal voorbeelden:
Als eerste noem ik de oude zijdefabriek. We zien de wegwijzer op het laatste moment en draaien een onverhard weggetje in. Enkele kilometers verder stuiten we op de restanten van wat ooit een fabriek geweest moest zijn. De kapotte ijzeren poortdeuren bewegen langzaam in de wind. We betreden het gele gebouw, en worstelend over de binnenplaats, die volstaat met stekelige planten, komen we in kale ruimte’s waar niets meer doet denken aan een zijdefabriek. Het is een hedendaagse ruïne waarbij we, met enige fantasie, ons voelen als archeologen die zoeken naar herkenbare voorwerpen uit het verleden. Geen spoor van zijde maar het beeld van brokken gewapend beton die van de bovenverdieping naar beneden hingen als decorstukken in een modern theaterstuk zal ik niet snel vergeten.
Enkele kilometers van de zijdefabriek, een nieuw bordje dat verwijst naar de St. Marcuskerk.
Wij erop af. We komen inderdaad bij een kerkje met wat bijgebouwen dat ooit ook als klooster gefunctioneerd moet hebben.
Er is een poging gedaan tot renoveren, maar, waarschijnlijk wegens geldgebrek, heeft men de herstelwerkzaamheden al enkele jaren geleden moeten staken. Het kerkje is helemaal wit gekalkt, maar daar is het bij gebleven. We vinden tientallen zakken cement die door vocht hard en onbruikbaar zijn geworden. In een kamertje, dat wellicht als eetkamer gediend heeft, staat een tafel op een vloer van gebarsten modder, een mooi stilleven.
Via het dak kunnen we in de kerktoren klimmen waar we een prachtig uitzicht hebben over de omgeving, maar ook bijna wegwaaien. Beneden aangekomen ben ik blij dat we niet lang zijn gebleven want ik zie dan pas dat er grote scheuren in de toren zitten en verwacht dat deze bij de eerstvolgende najaarsstorm om gaat.
De gangen en kamers doorlopend komen we geen monniken meer tegen maar zien opvliegende zwaluwen die hun nesten gebouwd hebben tegen de plafonds. De St. Marcuskerk zal denk ik niet meer in haar oude glorie hersteld worden.
De laatste bezienswaardigheid is eigenlijk meer een merkwaardige activiteit. Bij één van de weinige waterbronnen op het eiland kun je het water volgen via een smalle gang met een goot waardoor het water stroomt. Het lijkt op een soort riool. Als je de gang volgt kom je bij een waterval uit, zegt de informatie. De gang is echter aardedonker want het einde is niet in zicht. Na een tiental meters keren we om, want ik voel me niet op m’n gemak. Er blijkt gelukkig ook nog een pad bovengronds te zijn die enkele honderden meters verder bij de waterloop uitkomt. Daar pikken we de draad weer op en volgen door het water het stroompje in de betonnen bak. Even later weer een rioolgat, maar in de verte zien we licht, dus wagen we het erop. Af en toe glibber je een beetje uit in het modderige water en hoop je dat er niet tegelijk met jou wat ratten meelopen. Halverwege stuiten we op een flink opstakel. We zien niets maar het voelt als een berg takken met grond. Zou het een nest zijn? Er is nog net genoeg ruimte om er over heen te klimmen. Teruggaan hebben we niet zo’n zin in want we lijken bijna al bij de uitgang te zijn. Om de beurt onze schoenen en rugzak aan elkaar doorgevend kruipen we voorzichtig verder. We zijn wel opgelucht als we weer buiten staan in het zonnetje. Merkwaardige activiteiten verzinnen die Grieken voor toeristen.
".. dat aan het eind van de tunnel weer licht zal zijn." (Herman van Veen)
zaterdag 31 juli 2010
donderdag 29 juli 2010
Rhodos 7 - Kiezelstenen
Op Rhodos zijn de oude straten en veel pleinen bestraat met kiezelstenen. De kiezelstenen zijn ovaalvormig en worden op hun zijkant in de grond of het cement gedrukt. Op de pleinen voor de kerken worden prachtige figuren gelegd van witte, grijze en zwarte kiezelstenen.
Ook de treden of de stoep voor de ingang van een huis zijn vaak van kiezelsteenpatronen voorzien.
Het is vanzelfsprekend een zeer intensief karweitje om op deze manier een straatje te leggen, maar het wordt op kleine schaal hier en daar nog wel gedaan.
Maar zoals overal wint het asfalt steeds meer terrein. We hebben een begraafplaats bezocht die door de hoeveelheid asfalt wel het langparkeren terrein van Schiphol leek. Asfalteren gaat natuurlijk veel sneller en blijft ook beter liggen. Er is geen tijd meer, want geen geld, om een straat van kiezelsteentjes te maken, maar mooi vond ik het wel.
Een belangrijke straat in de oude Rhodos-stad is de ridderstraat, waar in veel huizen wapenschilden zijn uitgebeiteld. Deze lange straat is geheel met kiezelstenen gelegd.
Dezelfde straat bij ondergaande zon met glinsterende stenen.
In het straatje waren ook nog enkele stenen afvoerputjes
Een kerkplein in Faliraki waar we een appartement hadden. De figuren en patronen zijn zeer zorgvuldig steentje voor steentje ingelegd.
Op het plein een visfiguur, het symbool van het Christendom,...
... en een hert, het symbool van het wapen van Rhodos.
Je komt het hert ook weer tegen op putdeksels.
De bestrating om een kerkje in een klein dorpje.
Op een kerkhof vond ik dit kiezelpaadje. Het gebruik van rode kiezelstenen is uitzonderlijk.
Een eenvoudige bestrating waarbij de kleine steentjes al behoorlijk afgesleten zijn.
Dit lag als een soort mat bij de ingang van een museum.
Deze bewoners kozen voor een heel sierlijke bestrating. Ik heb de foto zo bijgesneden dat je niet wordt afgeleid door Dorine.
Als je een kiezelstraatje in het bos tegenkomt, krijgen de stenen een lijstje van naalden.
Steentjes als stromend water
Door de duizenden voetstappen slijten de stenen af en gaan op ogen lijken.
Bij de oudste gedeelten verdwijnt het cement tussen de stenen en liggen ze niet allemaal meer even ordelijk.
Beetje stevig schoeisel is wel handig op die steentjes.
Zoals je ziet verkleuren wij beiden onder de Rhodenzer zon, de één wordt bruin, de ander rood.
Ook de treden of de stoep voor de ingang van een huis zijn vaak van kiezelsteenpatronen voorzien.
Het is vanzelfsprekend een zeer intensief karweitje om op deze manier een straatje te leggen, maar het wordt op kleine schaal hier en daar nog wel gedaan.
Maar zoals overal wint het asfalt steeds meer terrein. We hebben een begraafplaats bezocht die door de hoeveelheid asfalt wel het langparkeren terrein van Schiphol leek. Asfalteren gaat natuurlijk veel sneller en blijft ook beter liggen. Er is geen tijd meer, want geen geld, om een straat van kiezelsteentjes te maken, maar mooi vond ik het wel.
Een belangrijke straat in de oude Rhodos-stad is de ridderstraat, waar in veel huizen wapenschilden zijn uitgebeiteld. Deze lange straat is geheel met kiezelstenen gelegd.
Dezelfde straat bij ondergaande zon met glinsterende stenen.
In het straatje waren ook nog enkele stenen afvoerputjes
Een kerkplein in Faliraki waar we een appartement hadden. De figuren en patronen zijn zeer zorgvuldig steentje voor steentje ingelegd.
Op het plein een visfiguur, het symbool van het Christendom,...
... en een hert, het symbool van het wapen van Rhodos.
Je komt het hert ook weer tegen op putdeksels.
De bestrating om een kerkje in een klein dorpje.
Op een kerkhof vond ik dit kiezelpaadje. Het gebruik van rode kiezelstenen is uitzonderlijk.
Een eenvoudige bestrating waarbij de kleine steentjes al behoorlijk afgesleten zijn.
Dit lag als een soort mat bij de ingang van een museum.
Deze bewoners kozen voor een heel sierlijke bestrating. Ik heb de foto zo bijgesneden dat je niet wordt afgeleid door Dorine.
Als je een kiezelstraatje in het bos tegenkomt, krijgen de stenen een lijstje van naalden.
Steentjes als stromend water
Door de duizenden voetstappen slijten de stenen af en gaan op ogen lijken.
Bij de oudste gedeelten verdwijnt het cement tussen de stenen en liggen ze niet allemaal meer even ordelijk.
Beetje stevig schoeisel is wel handig op die steentjes.
Zoals je ziet verkleuren wij beiden onder de Rhodenzer zon, de één wordt bruin, de ander rood.
dinsdag 27 juli 2010
Rhodos 6 - Zo gek als een deur
Deuren zijn natuurlijk helemaal niet gek. Daar komt de uitdrukking ‘zo gek als een deur’ dan ook niet vandaan. Deur komt oorspronkelijk van het Middeleeuwse woord door dat dwaas betekent. Deuren kunnen wel bijzonder zijn door hun kleur, de verwering, de eenvoud, noem maar op.
Hoewel in ons land niet alle deuren onopvallende kleuren hebben, worden er voor de voordeur toch weinig felle kleuren gebruikt. In zuidelijke landen als Griekenland ligt dat wel een tikje anders.
Een lekker zonnig kleurtje eens in de zoveel jaar en de deur kan er weer jaren tegen. Om de paar jaar de buitenboel keurig lakken is echter niet de gewoonte. Doordat de natuur wat langer zijn gang kan gaan zie je soms prachtige doorleefde deuren, deuren met een geschiedenis.
Maar hoe verveloos of bouwvallig een deur ook kan zijn, tot op het laatste moment symboliseert het de overgang van buiten naar binnen en omgekeerd.
Door de deur te sluiten kun je je even terugtrekken in je eigen wereld om daarna weer met nieuwe energie de deur open te gooien om de wereld tegemoet te treden.
Deuren zijn de grensovergangen in je leven.
Deze deur kan met recht en klassieke deur genoemd worden.
Bijna dezelfde deur maar met een heel andere uitstraling
Primaire kleuren zijn prima deurenkleuren vind men op Rhodos, zoals deze blauwe.
… of deze gele
… of deze rode.
Je ziet nog net dat de deur voordat hij rood geverfd werd lichtgroen was.
Het moest blijkbaar een heel ander kleurtje worden, maar ja, niets is voor eeuwig.
Deze deur mocht nog even groen blijven
Een deur als van een kasteel in verval
Zonder verf maar wat een schilderij van een deur!
Deze ingang is al een tijdje gesloten.
Als je geen geld hebt voor een dure deur, dan spuit je er toch één?
Om je deur zo te versieren moet je wel zo gek als een deur zijn.
Hoewel in ons land niet alle deuren onopvallende kleuren hebben, worden er voor de voordeur toch weinig felle kleuren gebruikt. In zuidelijke landen als Griekenland ligt dat wel een tikje anders.
Een lekker zonnig kleurtje eens in de zoveel jaar en de deur kan er weer jaren tegen. Om de paar jaar de buitenboel keurig lakken is echter niet de gewoonte. Doordat de natuur wat langer zijn gang kan gaan zie je soms prachtige doorleefde deuren, deuren met een geschiedenis.
Maar hoe verveloos of bouwvallig een deur ook kan zijn, tot op het laatste moment symboliseert het de overgang van buiten naar binnen en omgekeerd.
Door de deur te sluiten kun je je even terugtrekken in je eigen wereld om daarna weer met nieuwe energie de deur open te gooien om de wereld tegemoet te treden.
Deuren zijn de grensovergangen in je leven.
Deze deur kan met recht en klassieke deur genoemd worden.
Bijna dezelfde deur maar met een heel andere uitstraling
Primaire kleuren zijn prima deurenkleuren vind men op Rhodos, zoals deze blauwe.
… of deze gele
… of deze rode.
Je ziet nog net dat de deur voordat hij rood geverfd werd lichtgroen was.
Het moest blijkbaar een heel ander kleurtje worden, maar ja, niets is voor eeuwig.
Deze deur mocht nog even groen blijven
Een deur als van een kasteel in verval
Zonder verf maar wat een schilderij van een deur!
Deze ingang is al een tijdje gesloten.
Als je geen geld hebt voor een dure deur, dan spuit je er toch één?
Om je deur zo te versieren moet je wel zo gek als een deur zijn.
zondag 25 juli 2010
Rhodos 5 - Zwerven langs de kust
Wij trekken in vakanties graag naar zee omdat het heerlijk is om langs de kustlijn te lopen. Er staat bijna altijd wind en verkoeling is snel gevonden als het te warm wordt.
Rhodos kent aardig wat zandstranden langs de talloze baaien. Kilometerslange stranden zoals in Nederland vind je er echter niet. Dat betekent regelmatig klauteren over de rotsen en ploegen door het grind. Dat is zweten geblazen maar het leuke is dat je iedere keer weer verrast wordt door wat je tegenkomt. De rotsen zijn in de loop der tijd in de meest vreemde vormen uitgesleten zodat het niet zo moeilijk is om er wat herkenbaars in te zien.
De vrolijke 'egel'
De ‘oerwalvis’ lijkt zo het land op te kruipen.
De ‘schildpad’ maakt op mij een wat agressieve indruk.
Door de twee soorten steen lijkt er wel een ‘slang’ door de rots te kruipen.
Je hoeft er trouwens niets in te zien om het toch prachtig te vinden.
Deze rotswand leek wel gatenkaas. Geen idee of beestjes of
wat anders daar de oorzaak van zijn.
In de holten van de rotsen bij de vloedlijn zie je soms kommetjes zout.
Een beetje uitvergroot maakt het tot een bijzonder winterlandschap.
Grind, wel glinsterend en kleurrijk maar niet prettig om op blote voeten door te lopen.
Nauwelijks schelpen gezien, maar dit is ook mooi.
De ronde steen is een kogel uit vroeger tijden. Bij Rhodos stad lagen er nog tientallen. Ik schat dat de doorsnede wel een halve meter was; in ieder geval niet te tillen.
Op de meest westelijke punt is het een waar paradijs voor kite- en windsurfers. De noordelijke kant was voor geoefende surfers, want meer golfslag, de zuidelijke kant was voor beginners waar het ook langer ondieper was. Vanaf de uiterste punt, een soort schiereiland, had je mooi zicht op dit kleurrijke schouwspel.
Mooie uitzichten genoeg trouwens. Moet je wel even naar een kapel of klooster klauteren want die liggen bij voorkeur op het hoogste punt in de omgeving.
Niet altijd hoef je je in te spannen om prachtig uitzicht te hebben. Dit was wel een heel luxe terras aan het strand. Wij zaten met een heerlijk fris drankje in een schommelstoel. De bedden waren helaas al bezet door mooie jonge dames.
Om misverstanden te voorkomen, er kan er natuurlijk maar één de mooiste zijn.
Rhodos kent aardig wat zandstranden langs de talloze baaien. Kilometerslange stranden zoals in Nederland vind je er echter niet. Dat betekent regelmatig klauteren over de rotsen en ploegen door het grind. Dat is zweten geblazen maar het leuke is dat je iedere keer weer verrast wordt door wat je tegenkomt. De rotsen zijn in de loop der tijd in de meest vreemde vormen uitgesleten zodat het niet zo moeilijk is om er wat herkenbaars in te zien.
De vrolijke 'egel'
De ‘oerwalvis’ lijkt zo het land op te kruipen.
De ‘schildpad’ maakt op mij een wat agressieve indruk.
Door de twee soorten steen lijkt er wel een ‘slang’ door de rots te kruipen.
Je hoeft er trouwens niets in te zien om het toch prachtig te vinden.
Deze rotswand leek wel gatenkaas. Geen idee of beestjes of
wat anders daar de oorzaak van zijn.
In de holten van de rotsen bij de vloedlijn zie je soms kommetjes zout.
Een beetje uitvergroot maakt het tot een bijzonder winterlandschap.
Grind, wel glinsterend en kleurrijk maar niet prettig om op blote voeten door te lopen.
Nauwelijks schelpen gezien, maar dit is ook mooi.
De ronde steen is een kogel uit vroeger tijden. Bij Rhodos stad lagen er nog tientallen. Ik schat dat de doorsnede wel een halve meter was; in ieder geval niet te tillen.
Op de meest westelijke punt is het een waar paradijs voor kite- en windsurfers. De noordelijke kant was voor geoefende surfers, want meer golfslag, de zuidelijke kant was voor beginners waar het ook langer ondieper was. Vanaf de uiterste punt, een soort schiereiland, had je mooi zicht op dit kleurrijke schouwspel.
Mooie uitzichten genoeg trouwens. Moet je wel even naar een kapel of klooster klauteren want die liggen bij voorkeur op het hoogste punt in de omgeving.
Niet altijd hoef je je in te spannen om prachtig uitzicht te hebben. Dit was wel een heel luxe terras aan het strand. Wij zaten met een heerlijk fris drankje in een schommelstoel. De bedden waren helaas al bezet door mooie jonge dames.
Om misverstanden te voorkomen, er kan er natuurlijk maar één de mooiste zijn.
Abonneren op:
Posts (Atom)